Drenthe (KWAK) Groningen, Friesland, Overijssel.
Men is al een paar jaar bezig om een nieuwe vaarverbinding te realiseren vanaf de verlengde Hoogeveense Vaart naar Ter Apel. Eind mei kunnen de eerste schepen er door en op 8 juni is de officiële en feestelijke opening. Er is een nieuw stuk kanaal gegraven dat op die dag Koning Willem Alexander Kanaal gedoopt wordt; KWAK dus. De totale nieuwe vaarverbinding van de Bladderswijk tot Ter Apel wordt de Veenvaart genoemd. Voor mij is het een andere en kortere mogelijkheid om in Groningen te komen of om Duitsland in te varen en natuurlijk willen wij ook snel de nieuwe vaarverbinding uitproberen.
25-6 Is het zover en doordat er nog van alles gebeuren moet, vertrekken we pas om 11.45, en kunnen dus nog net door de "Brug Om De Oost" en door het "Schoolvonder" waarna we direct beneden de sluis in Noordscheschut aanmeren om te eten, want van twaalf tot een is het middagpauze. Er liggen al wat schepen en die krijgen de eerste schutting, daarna een sluis vol van de andere kant en dan kunnen wij. Om twee uur zijn we door de sluis. Het mooie weer moet nog komen want het is vandaag fris en winderig. Na ruim twee uur meren we aan, een eindje voor de Klenckerbrug. Een mooie rustige plek. Aan de andere kant van de aanlegplaats ligt nog een schip. De schipper komt even een praatje maken en na een poosje springt zijn hondje ook op de wal om te kijken wie er aan het andere eind van de aanlegplaats liggen.
26-6 We doen vanmorgen rustig aan, en wanneer ik Twan aan het uitlaten ben zie ik de andere boot al vertrekken richting Nieuw Amsterdam. Het is dan ongeveer 9.00 uur. Wij vertrekken een half uurtje later en kunnen direct voor de brug aanmeren, want er is hier gecombineerde brugbediening en nu even geen brugwachter. Tijd voor koffie dus. Omstreeks 10.00 uur meld de brugwachter zich. Hij vraagt of we nog even willen wachten op een paar schepen die vanaf Hoogeveen komen, dan kunnen we gezamenlijk verder. Om kwart over tien zijn we door de brug en vaar ik vooraan in een konvooi van - ik geloof - vier schepen. Met een scootertje rijdt de brugwachter mee om de verschillende bruggen te bedienen, tot Nieuw Amsterdam. Daar wordt hij afgelost door een brugwachter op een lichtblauwe fiets. Om 12.00 uur meren we aan beneden sluis Erica; middagpauze. Na de lunch moet om 13,00 uur de sluis eerst leeg lopen en na een kwartiertje varen we de sluis in. De sluiswachter is zo voorzichtig met het water inlaten dat we eerst helemaal niet stijgen. Hij is bang dat het schip dat voorin ligt te veel water op de kop krijgt en in de problemen komt. Hij blijkt mij (de Aimée) wel te kennen van de Drentse Hoofdvaart waar hij brug/sluiswachter was, en als hij dat zegt herken ik hem ook. Het schutten duurt een half uur, daarna gaan we op weg naar de laatste sluis voor de nieuwe vaarverbinding; de Oranjesluis. Na die sluis is het nog een kleine 2 km naar de nieuwe vaarroute.
Van de sluiswachter op de Oranjesluis hadden we al gehoord dat er bij de nieuwe sluis voldoende aanlegplaatsen zijn, en dat is ook zo. We besluiten om daar aan te meren, en om 15.15 gaat de motor uit. Vandaag was het een bewolkte dag en 18 graden, maar gelukkig klaart het 's avonds wat op.
's Avonds pak ik de fiets en ga de omgeving wat verkennen. Er blijkt een fietspad langs het nieuwe kanaal te zijn aangelegd; het ijstijdpad, en onderweg maak ik de volgende foto's.
Dat naam Veenvaart is voor deze route zeer toepasselijk zie ik onderweg want in het kleine bosje bij de spaarsluis zie ik een slootkant die uit puur turf bestaat.
27-6 Wanneer ik 's morgens Twan uitlaat gaan we door het bosje bij de spaarsluis. Daar is een pad gemaakt en als je daarover loopt voel je de (veen)grond onder je voeten veren, vooral als je naast het pad gaat lopen waar niet de bovenste laag afgeschraapt is. We vertrekken om 9.15 en moeten bij de spaarsluis wachten op een schutting van de andere kant.
We schutten samen met de "Veendiep", een toepasselijk naam op dit traject. Ze komen van Bellingwolde en de naam komt van een watertje daar uit de buurt. Samen varen we over het nieuwe kanaal, en als we bij de koppelsluis komen denken we in te kunnen varen na een schutting van de andere kant, maar er worden tegelijkertijd nog een paar schepen omhoog geschut in de lager gelegen kolk. Na een half uur kunnen we invaren en om 11.00 uur zijn we door de sluis. Haast moet je hier dus niet hebben, want over een afstand van zo'n 5 km hebben we dus zowat twee uur gedaan! Hierna gaat het verder op oude bestaande kanalen die niet meer bevaren werden en waarvan bruggen en sluizen gerenoveerd en weer gangbaar gemaakt zijn. Na een half uurtje varen komen we bij het Veenpark waar je dwars doorheen vaart. Ik zie er jachten aangemeerd liggen, en ik vraag me af hoe het dan gaat met entree betalen.
Na het Veenpark komen we bij een brug en moeten we wachten op bediening, maar het is inmiddels 12.00 uur, dus tijd voor de middagboterham. Na de brug varen we steeds op ongeveer 1 km van, en evenwijdig aan de Duitse grens. Na 2 sluizen en een paar bruggen komen we door de woonplaats van oom Tjedde; Emmer-Compascuum. In de volgende sluis, het 8e verlaat, - we zijn inmiddels in de provincie Groningen - ligt al een schip en de sluiswachter vraagt of we een kwartiertje willen wachten op twee schepen die ons achterop komen zodat we met totaal 4 schepen geschut worden. We hebben geen keus, want als hij ons niet schut, kunnen wij niet door. Wanneer we dan toch geschut zijn gaan wij rechtdoor naar Ter Apel, maar de anderen willen alle drie Duitsland in; naar Berlijn. We krijgen nog een sluis voor Ter Apel, het 7e verlaat. Daar ga je echt terug in de tijd. De hele sluis wordt met de hand bediend, de deuren worden zelfs met een lange stok dicht/open geduwd of dicht/open getrokken.
In de jachthaven van Ter Apel tanken we de watertank vol. We meren daarvoor langszij, bij een stel die daar liggen te wachten (inmiddels 2 uur) op de havenmeester, omdat ze de vuilwatertank leeg willen laten zuigen. Na het watertanken gaan we het Ruiten-Aa kanaal op en moeten daarvoor eerst door een zelfbedieningsbrug. Het verkeer is op dat moment best wel druk, maar wanneer er even een rustig moment is, sluiten we de bomen en openen we de brug. Ik vaar er snel doorheen en leg meteen weer aan, aan het steigertje na de brug om Martha aan boord te laten. Driehonderd meter na de brug zien we een mooie kade waar we aanmeren, midden in het groen. We gaan boodschappen doen, maar als we weer terug zijn durft Twan niet op de boot te springen vanwege het hoogteverschil tussen wal en schip, daarom ga ik maar een eindje verder aan het steigertje bij de brug liggen. Ik verwacht dat er geen schepen meer komen, en zo ja, dan bedien ik de brug wel, dan hoeven ze ook niet aan te meren.
Hier een uitgebreid vaarverslag van deze route door René Wessels.
28-6 We kunnen aan de steiger blijven liggen voor het bedienen van de brug. We vergeten eerst om de sluitkap van een slagboom dicht te doen nadat we de slagboom naar beneden hebben gedaan. Dan kan het proces niet verder gaan. Een man die bij de brug woont, roept uit een raam op de bovenverdieping dat we kap moeten sluiten, - hij maakt dit kennelijk wel vaker mee - en als dat gebeurd is loopt het verder gesmeerd. De volgende brug is bij de Ter Apelersluis, en die werkt niet zoals het moet. Een sluitkap van een slagboom ontgrendelt niet. We bellen een nummer dat je bij storing kunt bellen, en daarna komt er al snel iemand, die na wat rommelen in de kast met elektronica het zaakje werkend krijgt, dus we kunnen door, de sluis in. Voor de bediening van de sluis staat een kastje waar je de sleutel - (zelf)bediening van bruggen en sluizen gebeurt door middel van de zogenaamde Groninger sleutel - een kwartslag moet draaien, en in de sluis is het een kwestie van "op een knop drukken" en dan gaat het verder vanzelf. Om kwart over twaalf meren we aan beneden de Zuidveldsluis om te eten. Het is fris; maar 14 graden. Na het eten gaan we verder, op naar de laatste drie sluizen met brug deze dag. Een van de bruggen (brug 6) geeft ook problemen. We krijgen de sleutel er niet meer uit, maar na hulp van een opgebelde techneut lukt het, en kunnen we verder en om 16.00 uur meren we aan in de haven van Bourtange.
29-6 's Morgens gaan we eerst het vestingstadje in. Het is er nog erg rustig. Mijn fototoestel weigert steeds zodat ik jammergenoeg geen foto's kan maken.
(nog eentje van mijn telefoon)
Wanneer we weer naar de boot teruglopen, komen we wat grotere groepen mensen tegen, -veel Duitsers - het begint drukker te worden. We tanken daar nog even water en om 12.15 vertrekken we. Na drie sluizen, een aantal bruggen en ruim 10 km, varen we langs het Veendiep.
Daar zouden we ook langs kunnen, maar wij gaan rechtdoor, want het is de bedoeling om in Nieuweschans te overnachten.
We hebben dan nog 4 bruggen die we moeten bedienen voor we in Nieuweschans zijn.
In Nieuweschans blijkt de aanlegsteiger veel te hoog voor ons. Twan kan daar niet van boord, dus moeten we maar verder varen om een andere aanlegplaats te vinden. Misschien bij de volgende brug of sluis op de Westerwoldse Aa. Die brug is bij Klein Ulsda. Klein Ulsda??? 'Volgens mij was daar vroeger een "huis van plezier"' zeg ik tegen Martha. De naam Klein Ulsda ken ik alleen van (Vette) advertenties in het Dagblad van het Noorden, uit de tijd dat we die lazen. Voor de brug staat echter een bordje "verboden aan te meren", en aan de andere kant ook, maar het is koud en winderig en wij willen niet verder, en dus maken we vast net na het bordje "verboden aan te meren". Ik verwacht trouwens ook niemand die komt controleren of hier misschien een bootje ligt "waarmee de wet wordt overtreden". Martha laat Twan uit en als ze terugkomt, vertelt ze dat ze dat "huis van plezier" al gezien heeft aan de doorgaande weg waar ze liep. Langs het water waar wij liggen staan ook een paar huizen, en bij een huis staat een grote lichtreclame op een dakkapel. Het lijkt een bierreclame, maar het logo komt me niet bekend voor als biermerk. JB?
30-6 's Morgens laat ik na het eten eerst Twan uit en we gaan door het smalle straatje dat evenwijdig loopt met de doorgaande weg. Ik kom dan eerst langs het huis met de "bierreclame". Ik zie daar op een bord de naam Jan Bik, zie al de dakkapellen, ramen en deuren met dichte rolluiken en snap ineens dat de lichtreclame geen bierreclame is. Er wordt hier dus op twee locaties "gelegenheid gegeven", en Jan Bik blijkt een grote naam in Nederland in zijn "tak van sport", vind ik thuis op internet. Waar een klein dorp - gat beter gezegd - al niet groot in kan zijn!
Om 9.30 gooien we de trossen los en na een kleine kilometer zijn we al bij de (zelfbedienings)sluis; het Bulsterverlaat. Hier begint het Winschoterdiep, en waren we ook uitgekomen als we via het Veendiep waren gegaan. Een half uurtje later komen we bij een spoorbrug waar al een boot voor ligt te wachten. De brug zal over 10 minuten bediend worden volgens hen. De brug wordt niet op afstand bediend, maar de brugwachter komt speciaal langs om de brug te draaien. Voor de volgende bruggen rijdt de brugwachter steeds mee. We komen langs de "Blauwe stad" die wacht op bewoners die maar niet komen.
Als we bij Scheemda zijn gaan we stuurboord uit, en meren we net voor de middag aan bij een aanlegplaats van de haven, aan een mooi groen walletje.
's Middags verkennen we Scheemda een beetje. Op een paar honderd meter van de haven vinden we twee supermarkten, - o.a. een Aldi - en een bakker.
We komen ook langs onderstaande toren, het kerkgebouw is er kennelijk afgesloopt, en als ik even kijk op streetview zie ik dat in 2009 het kerkgebouw er nog aan zat.
1-7 Na het eten gaan we eerst naar de supermarkt voor boodschappen. Het is een moderne winkel, maar verder heeft hier de tijd stil gestaan. Er hoeft geen muntje in de winkelwagen! Hier brengt iedereen hem dus nog netjes terug. Om 10.30 vertrekken we, vlak nadat iemand met een bosmaaier het gras bij de boot gemaaid heeft, en de hele boot dus onder het gras zit. Eerst varen we even de haven in om de vuilnis kwijt te raken. De havenmeester - een andere dan gisteren - wil ons al een plekje in de haven wijzen, en als we zeggen dat we alleen het vuilnis kwijt moeten protesteert hij eerst, maar als we vertellen dat we in de haven overnacht hebben bindt hij in, en begint zelfs adviezen te geven voor de brugbediening. Na de haven is direct een zelfbedieningsbrug - daarna komen er vandaag nog 5 - gevolgd door een zelfbedieningssluis. Bij de Tichelwaardsdraai gaat het mis. Alles werkt "volgens het boekje", totdat de brug moet draaien. Dat doet hij niet. Het is inmiddels twaalf uur dus we gaan eten, nadat we het nummer op de bedieningskast gebeld hebben, en na een half uurtje is er een monteur, en kunnen we al snel verder. We zitten hier op de route van de Oldambtrit, die ik verschillende keren gereden heb, en komen na een paar kilometer o.a. door 't Waar, waar de befaamde Waarschepen vandaan kwamen. De volgende bruggen doen het probleemloos, zoals hier in Nieuwolda,
alleen de Wartumerklap vlak voor Termunterzijl geeft even oponthoud. Op mijn waterkaart staat bij de brug marifoonkanaal 11 voor bediening op afstand door Post Zeesluizen, maar op mijn oproep wordt niet gereageerd. Dan zie ik een kastje op de brug staan dat lijkt op een zelfbedieningskastje, en er is ook mogelijkheid om aan te meren. Het aanmeren is niet eenvoudig want ik heb een flinke stroming mee - ze zijn waarschijnlijk aan het spuien - en er komt ook nog een stevig windje van achteren, maar het lukt; we bedienen de brug, en even later kunnen we aanmeren in Termunterzijl. We gaan Termunten en Termunterzijl verkennen en we maken een wandeling langs het water, en langs de twee viszaken hier, maar die zijn beide op maandag gesloten, dus geen vis. Het was vandaag lekker weer; 21 graden,maar wel een stevige wind.
2-7 We vertrekken om 9.00 uur, en gaan op weg naar Delfzijl. Daar hopen we gebak te kunnen kopen, want Twan is vandaag jarig. Het is stralend weer. We komen door het industrie- en havengebied van Delfzijl, en meren om ongeveer 11.00 uur aan in Delfzijl. De bakker is gelukkig vlakbij, dus als we terug zijn nemen we direct een kop koffie met gebak erbij, en voor Twan is er natuurlijk een lekker bot. Maar de sluis naar het Damsterdiep wordt bediend vanaf de brug vlak bij de sluis en die heeft pauze van 12.00 tot 14.00 uur, dus na de koffie gauw terug, en om 12.00 uur meren we aan direct na de sluis. Dat is een prachtige plek "in het groen" dus daar eten we, en daarna gaan we verder. Wanneer we bij de eerste brug van Appingedam komen, moeten we een telefoonnummer bellen voor bediening. De brugwachter laat even op zich wachten, - hij moet meer bruggen bedienen en daarvoor scheurt hij op zijn scootertje door Appingedam - daarom meren we maar even aan voor het Brons-museum. In Appingedam willen we even naar de supermarkt, en daarom gaan we - als we door de brug zijn - bakboord uit. Daar kunnen we vlak voor de volgende brug aanmeren, recht tegenover de supermarkt. De brugwachter denkt dat we door willen naar de haven en begint de brug al te bedienen, - de bomen zijn al dicht - maar dan ziet hij dat we voor de brug aanmeren. Vanuit de winkel kan Martha met haar winkelwagentje met bronwater zo tot bij de boot rijden. Als het winkelwagentje teruggebracht is keren we weer en varen daarna door het gedeelte met de hangende keukens. Altijd weer leuk. Bij de Tjamsweersterbrug moeten we de brugwachter oproepen door de sleutel een kwartslag te draaien in de bedieningskast. Het is wel even zoeken waar die sleutel in moet. Het is erg onduidelijk aangegeven. De volgende bruggen mogen we daarna zelf weer doen, maar vandaag zijn we verder vrij, want we gaan de Oosterwijtwerdermaar op. We liggen daar aan een klein steigertje waar ik in 2006 ook een keer gelegen heb.
Kennelijk is het geliefd bij vissers, en ligt er normaal nooit wat, want net als toen liggen we 's avonds in de weg voor twee vissers, die vanaf het steigertje willen vissen. Het is een heerlijk rustige plek, lekker in de schaduw. Af en toe is er wat belangstelling vanaf het fietspad dat vlak langs de boot loopt, bijvoorbeeld van een groep vrouwen die afstappen bij de picknickbankjes, en vragen of we voor 16 "man" koffie hebben; zij hebben wel cake.
3-7 's Morgens horen we op RTV-noord dat er 's nachts om 1 uur een aardbeving geweest is, met een kracht van 3.0 op de schaal van Richter. Het epicentrum was in Garrelsweer. Dat is hemelsbreed nog geen twee kilometer van waar wij liggen. We hebben niks gemerkt. Misschien worden de schokken gedempt door het water. Om 9.45 gooien we de trossen los. Na een uur en twee bruggen komen we aan in het "rampgebied". Na de brug in Garrelsweer, meren we aan voor de koffie.
Bij de volgende brug gaat het "echte werk" voor Martha beginnen.
Na die brug varen we Garrelsweer ook zo'n beetje weer uit. Wonderlijk hoe ongeschonden de huizen er allemaal uit zien.
Het is wel prachtig varen trouwens; het Damsterdiep. Het doet niet onder voor de Utrechtse Vecht, alleen de huizen zijn soms wat kleiner en minder duur.
Dan komen we bij de laatste (hef)brug, die we vandaag moeten bedienen. Daar gaat vrij veel verkeer over en ik herinner mij dat hij op bepaalde tijden niet bediend kan worden, en ja hoor, tussen twaalf en een geen bediening, en het is 12.15 als we daar zijn. Het is etenstijd, dus geen probleem. Na het eten gaan we verder, en gaan eerst door naar Ten Boer, want het brood is op, en wij willen vandaag naar Stedum en ik weet niet zeker of dat daar te krijgen is. Vlak voor de brug meren we aan, en op nog geen 100 meter is een "Plus", dus kunnen we direct de steven weer wenden en gaan we op naar de Westerwijtwerdermaar. Aan het begin staat een bord met een o6-nummer dat je kunt bellen voor brug en sluisbediening. Er wordt niet opgenomen. Ik vaar rustig door en probeer het nog een paar keer, maar ik krijg niemand aan de lijn. We meren aan voor de brug
en ik bel nog maar een keer het 06-nummer, en nu word er gelukkig wel opgenomen. De man aan de lijn zegt dat hij met de bosmaaier bezig was, dat hij eerst even moet koffie drinken, en dat hij er over ongeveer drie kwartier is. Wij hebben de tijd, en liggen goed, dus waarom niet. Als hij arriveert heeft hij meteen een nieuw foldertje voor ons voor de bedieningstijden van bruggen en sluizen. Verderop zijn nog twee bruggen die hij moet bedienen, maar dat hoeft morgen pas als we zover kunnen komen. Er zit namelijk een vaste brug in met een doorvaarthoogte van 224 cm - volgens het foldertje - en volgens mij moeten we daar net onderdoor kunnen. Om 16.30 meren we aan in Stedum.
's Avonds gaan we Stedum verkennen. Daar vinden we wel een mooie oude kerk, maar brood is hier nergens te krijgen, dus mooi dat we dat al hebben. Bij de haven is een parkeerplaats waar een paar vrachtwagens geparkeerd staan. Daar liggen we vlak voor, en Martha vindt dat maar niks, daarom nemen we om negen uur het besluit om daar weg te gaan, en na 500 meter zien we al een plek waar we mooi kunnen liggen.
Aan de andere kant van het water, een eindje verderop staat een reebok strak naar ons te kijken. Nadat ik een paar foto's van hem heb kunnen maken gaat hij er vandoor.
4-7 We vertrekken om 10.15. Wanneer we bij de brug van 224 zijn lijkt het makkelijk te kunnen. Ik laat de boot rustig onder de brug drijven. Er is een kleine 10 cm ruimte tussen mast en brug, maar de ruimte wordt steeds kleiner en het hoogste punt is een oog achter op de giek. Daarom geef ik op het laatste moment vol gas, zodat de boot aan de achterkant naar beneden zakt. We zijn er onderdoor! Ik pak meteen de telefoon om de brugwachter te bellen. Voor de brug meren we even aan, om Twan uit te laten, maar die heeft maar even tijd want dan is de brugwachter er ook al.
We willen vandaag naar Middelstum en krijgen dan te maken met de konvooivaart op het Boterdiep en bediening op vaste tijden van de bruggen. Om 11.45 meren we daarom aan bij Fraamklap voor de T.A. Musschengabrug. Die wordt omstreeks 13.00 uur bediend. Om 13.15 meren we aan in Middelstum.
Het is mooi weer en we liggen op een heerlijke plek. Hier is wel een supermarkt en dus kunnen we onze voorraden verder aanvullen.
5-7 We vertrekken om 10.30 en zijn een kwartiertje later weer bij de T.A. Musschengabrug die om 11.00 uur bediend wordt evenals een paar minuten later Fraamklap. Sluis "Den Deel" mogen we weer zelf doen en omstreeks 12.00 uur naderen we Onderdendam
waar we aanmeren voor de brug. Die wordt om 12.20 bediend, en na de brug meren we aan om te eten. We willen vandaag naar Warffum, dus gaan we de Warffumermaar op. Na een paar honderd meter is een boerderij die een eigen brug over het water heeft. Je kunt dan de boer bellen voor bediening, maar die neemt nu niet op. Dan doen we het zelf maar. Dat hebben we in het verleden ook al eens gedaan, maar als Martha bij de brug is komt er net iemand aanlopen om de brug te bedienen. Wanneer we bij Warffum zijn blijkt de haven afgesloten maar kunnen we wel op een andere plek liggen. Dat willen we niet, en we maken daarom direct rechtsomkeert. We gaan wel naar Eenrum. Het is gelukkig zonnig geworden, - met wel een fris windje - want vanmorgen was het grijs en bewolkt.
Om 17.15 meren we aan in Eenrum, maar wat is het daar kaal! De grote populieren langs de haven zijn weg. Van iemand uit de haven horen we dat ze ziek en verrot waren. Er waren nog maar twee bruikbaar voor een klompenmaker. Nu staan er nieuwe kleine boompjes; de Ulmus Clusius. In 10 jaar kunnen ze 10 meter hoog worden, dus misschien kan ik nog eens van hun schaduw genieten in de toekomst. Hier is weer alles wat we nodig hebben; een supermarkt, een toiletgebouwtje, - dus we kunnen weer lekker douchen - en we hebben de keus uit een paar restaurants voor het geval dat......!
6-7 Dat hebben we dus niet gedaan en we ontbijten 's morgens ook lekker op de boot en genieten daarna van een stralende dag; het wordt 26 graden. 's Middags liggen we met een paar bijzondere boten aan de passantensteiger, er komt een houten/hechthout boot voor ons liggen met hele mooie lijnen. Van de eigenaar hoor ik dat hij hem zelf ontworpen en gebouwd heeft, en wanneer ik terug kom van een boodschapje ligt er voor aan de steiger nog een bijzonder houten zelfbouwscheepje. En dat allemaal op een mooie zonnige middag in Eenrum! De volgende dag willen we naar Pieterburen. Het is 16.30 als we alvast een eindje die kant op gaan. Ik weet een steigertje midden tussen de weilanden waar we heerlijk kunnen liggen. Drie kwartier later meren we dan ook aan op de Pieterbuurstermaar bij Vettehornstertil .
We zijn met een grote bocht vanaf Eenrum hierheen gevaren en liggen nu hemelsbreed nog maar ongeveer 1 km daar vandaan.
's Avonds - Martha ligt al op bed en ik zit met de koptelefoon op naar een pianoconcert van Mozart te luisteren - roept Martha dat er jongelui langs fietsen die roepen dat ze de boot los willen gooien. Waarschijnlijk komen ze vannacht hier weer langs, maar ik maak me er niet zo naar om, want er kan ons hier weinig gebeuren. Toch gooi ik voor de zekerheid het anker uit, want er staat noch steeds een stevige wind, en daardoor zouden we tegen de brug aan kunnen drijven en bijvoorbeeld daardoor de mastwortel beschadigen.
's Nachts word ik wakker en hoor gelijk het geluid van water dat langs de romp spoelt. Ik besef meteen dat we afgeduwd worden. Ik spring uit bed, doe wat kleren aan en ga naar buiten. In de verte hoor ik de stemmen van de jongelui die richting Eenrum fietsen. Ik druk de boot met de vaarboom terug naar de steiger en leg hem weer vast. Vreemd dat Twan niet geblaft heeft. Verder hebben we een goede nacht.
7-7 Het is vandaag ook weer mooi weer en dat is genieten op deze plek. Het wordt 25 graden.
Wat heeft de jeugd in sommige opzichten toch een leven hier op het platteland. Hoezo niks te beleven? Om een uur of tien komt er een jongetje aan op een quad, rijdend over het fietspad. Hij komt hier vissen. Even later gevolgd door een vriendje of broertje op een wat kleinere quad.
Ik vraag hem of hij oud genoeg is om daar op te rijden, en grijnzend geeft hij toe dat hij nog te jong is. Niemand die hem controleert hier.
Na de middagboterham gaan we op weg naar Pieterburen. We krijgen een paar nauwe doorvaarten, vanwege een paar daar aangemeerde jachten en een oud vrachtschip. Het is druk in Pieterburen met dit mooie weer. Het is niet de eerste keer dat we hier zijn, en eigenlijk hebben we het al gauw gezien.
Ik had nog graag een kijkje in de kerk willen nemen die om twee uur geopend zou zijn, maar hij bleef dicht.
Daarom gaan we maar weer terug naar Vettehornstertil, want we willen niet hier in de haven blijven liggen.
8-7 Het is de vraag waar we vandaag terecht komen, in ieder geval willen we richting Zoutkamp. We vertrekken om 9.15 en als we bij Leens zijn tanken we water. Om 11.00 uur meren we aan in Ulrum, en wandelen we met z'n drieën de plaats in. Martha zal de kerk gaan bekijken. Ik pas wel op Twan, want ik ben al een paar keer binnen geweest.
Martha komt na een poos samen met een oudere vrouw naar buiten. Die vrouw vertelde van alles over de kerk, en Martha kon haar zowat niet weer kwijt raken, vertelde ze. Daarna verder naar Zoutkamp. Als we door de brug bij de Hunsingosluis zijn, zien we allemaal schepen voor de Reitdiepbrug liggen. Die brug kunnen wij onderdoor, maar ik heb de marifoon aanstaan en hoor dat de brug (eerst) bediend wordt voor de andere kant. Er komt een hele vloot schepen door, en dan kunnen wij. Het blijkt dat ze in de brug/sluisopening aan het werk zijn, en wanneer wij aangemeerd liggen schuift het werkschip meteen weer in de opening. We hadden hier op vis gehoopt, maar de visboer staat er niet. We eten hier en gaan even naar de winkel, en over de marifoon horen we - als we weer terug zijn - dat de stremming pas om halfvijf opgeheven is. Jammer dan. Om drie uur horen we over de marifoon dat het schip uit de opening is en we er dus weer door kunnen. We willen via het Dokkumerdiep Friesland in. Het laatste stuk Lauwersmeer is nog even pittig met een stevige wind van opzij en flinke golven. Om 17.45 meren we aan op de Nieuwe Zwemmer bij Wygeest.
9-7 We vertrekken om 8.30 en komen 2 uur later aan op het Burgumermeer. Daar meren we aan voor de koffie, en we kunnen er meteen een zak met vuilnis kwijt. Na het Burgumermeer krijgen we een paar uur het PMG (Prinses Margriet Kanaal). Bij de Saiterpetten gaan we even tegen de kant om te eten. Jammer genoeg kan Twan er daar niet af. Bij Terherne gaan we stuurboord uit richting Heerenveen. Op Het Deel zien we een aardige plek om aan te meren, maar als we liggen blijkt dat toch tegen te vallen, maar omdat we bij de eestvolgende brug toch tegen de Friese middagsluiting van 16.15 tot 17.15 aanlopen, blijven we liggen tot 16.15. Het is 17.15 als we bij de brug aankomen, en we kunnen dan ook zo doorvaren. Ik heb het idee dat er wat in mijn schroef zit, en dat gaat er ook bij achteruit draaien niet uit. Eerst maar doorvaren. Op de Engelenvaart bij Nieuweschoot ligt het behoorlijk vol. Martha is stomverbaasd over de hoeveelheid schepen die hier liggen. Het is ook wel verbazingwekkend, er is hier niks, alleen rust, en dan liggen er over een lengte van een kleine kilometer, de schepen zowat "mannetje aan mannetje". Helemaal op het eind vinden wij nog een plekje waar we lekker ruim kunnen liggen. Ik trek mijn zwembroek aan, en ga eens kijken wat er in de schroef zit. Dat blijkt een plastic tas te zijn.
10-7 We vertrekken om 8.45 en komen al gauw op de Tjonger of Kuinder. We willen naar Kuinre en moeten dan de Tjonger blijven volgen. Om 10.15 meren we een half uurtje aan voor koffie. Het is een mooie route om te varen. Omstreeks de middag meren we aan in Kuinre en daar eten we ook. Daarna maken we een wandeling door Kuinre en komen langs het oude gemeentehuis annex boterwaag, maar we nemen ook een kijkje op de begraafplaats. Vanaf de boot leek het net of er een klein kerkje staat. Het blijkt een kapelletje met daarvoor op een prominente plaats het graf van een pastoor.
Tot onze verbazing is in Kuinre een slager, en een café. De slager verkoopt ook een beetje kruidenierswaren zo te zien, onder andere brood. Wij hebben brood nodig, maar ik zie alleen nog beschuit liggen. Al zouden we hier willen blijven, we moeten dus verder. Via de sluis komen we op de Linde. In een supermarktje in Ossenzijl kunnen we nog wat bolletjes kopen voor morgen. We gaan verder via de Kalenbergergracht, en komen omstreeks 18.00 uur aan op de Walengracht in de Wieden. Daar meren we aan voor de nacht.
11-7 We vertrekken op tijd. Om 7.15. Om 9.00 uur zijn we bij de Grote Staphorster Stouwe, en daar meren we aan om Twan uit te laten. Om 12.30 zijn we bij de Nieuwebrugsluis. Dat is tijdens de middagpauze, dus hebben we tijd om te eten. Er komt om 13.00 uur eerst een schutting van de andere kant, maar om 13,30 kunnen we invaren. Een sluis vol. Om 15.00 uur zijn we weer thuis.